Williams f1
Roy Nissany is de nieuwe testcoureur van Williams. De 25-jarige Israëlische coureur is woensdagochtend door het team gepresenteerd.
Nissany zal dit seizoen drie keer deelnemen aan de ochtendtraining op vrijdag en wordt daarnaast ingezet tijdens de testdag voor rookies. Daarnaast zal hij voor het team simulatorwerk verrichten. De kersverse testcoureur is uiteraard blij met zijn nieuwe rol en noemt het ‘een mijlpaal voor de autosport in Israël.’
Roy is de zoon van oud coureur Chanoch Nissany, die in 2005 voor Minardi de eerste vrije training reed tijdens de Grand Prix van Hongarije. De Israëlier maakte weinig indruk, maar staat wel bekend als de enige coureur ooit die last had van teveel grip. Over de boordradio riep hij namelijk: “Guys, I’m coming in, I’m having too much grip!”
De aanstelling van de coureur hing al in de lucht. Afgelopen december heeft Nissany voor het team getest in Abu Dhabi, maar was toen drieënhalf seconde langzamer dan Nicolas Latifi in de Williams en zo’n 6,7 seconden langzamer dan George Russell, die de testdag in de Mercedes afsloot als snelste man op de baan. Over die testdag zegt Nissany nu: “Ik voelde mij meteen vertrouwd in de auto en bij het team.”
Teambaas Claire Williams heeft mooie woorden over de nieuwe aanwinst. “Roy heeft zijn talenten laten zien tijdens de Abu Dhabi-test en we waren direct onder de indruk.”
Nissany zal naast de testrol dit jaar ook uitkomen in het Formula 2-kampioenschap. Vorig jaar stond de Israëliër met lege handen aan de zijlijn, maar ook in 2018 kwam de coureur in dat kampioenschap uit. Hij sloot het seizoen met één punt als 22ste in het kampioenschap af, waarbij wel opgemerkt moet worden dat hij niet heeft deelgenomen aan de races in Rusland en Abu Dhabi.
In zijn carrière wist de coureur in verschillende raceklasses in totaal vier overwinningen te behalen en stond hij 16 keer op het podium.
Williams heeft eerder deze winter de Brit Dan Ticktum en Jamie Chadwick aangesteld als ontwikkelingscoureurs. Ook Ticktum zal komend seizoen uitkomen in de Formule 2.