Hélio Castroneves heeft vanavond voor de vierde keer in zijn carrière de Indianapolis 500 op zijn naam geschreven. ‘Spiderman’, zoals hij ook wel genoemd wordt omdat hij na zijn overwinningen op Indianapolis Motor Speedway geregeld in de hekken klom, wist na een spannende slotfase Alex Palou achter zich te houden en mocht dus op het podium de melk drinken.
Met 17 Honda’s, 16 Chevrolet-bolides en ruim 135.000 toeschouwers op de Indianapolis Motor Speedway ging de Indianapolis 500 van start na vier opwarmronden. Het volledige veld kwam goed weg, zonder crashes of gespinde bolides. Ook Rinus van Kalmthout kwam goed weg bij het startsein. Colton Herta ging wist in de eerste ronde de leiding te pakken, die een ronde later alweer ingehaald werd door Veekay, die meteen de snelheid van zijn bolide toonde.
De leiding behield hij tot aan zijn eerste pitstop in ronde 32. Die stop ging erg goed, met de complimenten van zijn pitengineer. Ook zijn teamgenoot en teambaas Ed Carpenter kwam die ronde binnen, maar liet na zijn stop de wagen afslaan. Dat kostte de Amerikaan de nodige tijd.
Niet veel later kwam de eerste caution van de race, door Stefan Wilson die met zijn bolide in de pitmuur klapte. Hij verloor de achterkant van de auto, waarna hij de auto in de muur parkeerde. Het resulteerde in een gesloten pitstraat, waardoor een paar mensen vooraan het veld niet konden pitten. Onder ander Scott Dixon was daar de dupe van, die na een paar ronden zonder brandstof binnen kwam en enkel voor een beetje nood-brandstof om verder te kunnen. Echter viel zijn wagen uit en zijn engineers konden deze amper meer aan de praat krijgen. Ook Alexander Rossi trof hetzelfde lot, en ook daar was de nodige moeite vereist om die weer vooruit te laten komen.
Na vijftien ronden achter de pacecar mocht Colton Herta als leider de race weer herstarten. Rinus van Kalmthout had een plekje moeten inleveren en herstartte dus vanaf stek twee. Conor Daly zette meteen aan en ging na drie ronden Veekay voorbij, nadat die Herta al had ingehaald. Die laatste wilde wat brandstof sparen, waardoor Castroneves hem ook nog voorbij ging.
Ook de tweede pitstop van Rinus van Kalmthout in ronde 69 ging goed. Hij was de eerste van de koplopers naar binnen kwam. De teamgenoot van Veekay, Conor Daly, volgde een ronde later. Colton Herta en Hélio Castroneves gingen pas wat later voor nieuw rubber, tegelijk met het grootste gedeelte van het veld. Het betekende uiteindelijk dat Veekay zijn teamgenoot weer voorbij was en de leiding van de race weer overnam. Dat plek behield hij niet lang en Daly ging de Nederlander weer voorbij. Positief voor Veekay, die daardoor weer wat brandstof kon sparen.
In ronde 104 kwamen Conor Daly en Rinus van Kalmthout samen naar binnen. De stop van Daly was minder rap dan die van Veekay, waardoor het gat tussen de twee dusdanig groot werd dat Daly voor de nieuwe leider O’Ward terecht kwam en de Mexicaan enigszins kon ophouden. Newgarden leek de leiding te gaan pakken na alle stops, maar Veekay was goed op stoom en pakte de man uit Nashville meteen in ronde 116.
Niet lang daarna kwam de tweede caution van de race. Het linker achterwiel van de wagen van Graham Rahal was waarschijnlijk niet goed vastgeschroefd tijdens de pitstraat en schoot los. De coureur uit Ohio klapte vervolgens op volle snelheid in de muur. De band vloog rond en belandde op de voorvleugel en aeroscreen van Conor Daly. De schade aan de bolide van de Amerikaan bleef beperkt en hij kon dus verder rijden.
De vlaggen werden weer groen gezwaaid, met Castroneves die meteen de leiding pakte. Daarna was het rondenlang ontzettend spannend vooraan, met O’Ward die een ronde later weer aan kop ging. Ook daarachter ging het soms drie wijd op de rechte stukken. Alex Palou liet ook even weten dat hij er was en pakte in ronde 130 stek twee en niet veel later ook de leiding. Daarachter waren Castroneves, O’Ward en Veekay vooral brandstof aan het sparen.
Met nog 55 ronden te gaan ging Rinus van Kalmthout als eerste van de mannen vooraan voor de een na laatste keer de pitstraat in. Naast nieuw rubber en benzine werd ook zijn voorvleugel ietwat aangepast. Vier ronden ging Alex Palou naar binnen voor een korte pitstop en daarna dus een korte stint voor de boeg. In ronde 151 ging ook Castroneves voor nieuw rubber de pitstraat in. Een ronde later ging ook Patricio O’Ward naar binnen. Daarmee was bijna de hele top vijf binnen geweest. Minder vlekkeloos ging de pitstop van Will Power. De Australiër spinde bij het binnenkomen van de pitstraat en moest door zijn team naar de pitbox worden geduwd.
Rinus van Kalmthout was lang brandstof aan het besparen geweest en kreeg met nog 31 rondjes te gaan te horen van zijn team dat hij wel naar voren mocht gaan rijden. Palou reed op dat moment al rondenlang vooraan, maar werd ingehaald door Castroneves. Simona de Silvestro reed een solide wedstrijd, maar spinde bij haar laatste pitstop bij het binnenkomen van de pitstraat. Een tegenvaller dus voor de Zwitserse.
Niet lang daarna kwamen Palou en Van Kalmthout, samen met Hunter-Reay en O’Ward de pitstraat uit. De stop van Veekay was niet zo snel, waardoor hij in het verkeer belandde en dus eigenlijk niet meer vooraan kon meedoen. Palou kwam aan de virtuele leiding weer naar buiten, maar Castroneves ging bijna meteen de Spanjaard voorbij. Patricio O’Ward klampte ook meteen aan voor het begin van de eindfase.
In de laatste 25 ronden reed Palou vooral vooraan. Het tempo vooraan het veld ging ook flink omhoog, met een snelheidsverschil van ruim tien mijl per uur. Met nog zeven ronden te gaan ging Castroneves voorbij aan de Spanjaard. Die liet het er niet bij zitten en twee ronden later zette Palou richting bocht één zijn bolide weer langszij en er voorbij.
Met nog twee ronden te gaan ging Castroneves weer Palou voorbij en dat was meteen de racewinning move. Ondanks ontzettend veel verkeer van achterliggers wist de Braziliaan de voorsprong te houden en zijn vierde Indy 500-overwinning te grijpen. Uit blijdschap deed hij waar hij om bekend staat: even de hekken in klimmen om de fans te bedanken.
Het podium werd gecomplementeerd door Alex Palou en Simon Pagenaud. Die laatste wist gedurende de race zich knap omhoog te vechten. De vierde stek was voor Patricio O’Ward namens Arrow McLaren. Ed Carpenter, de teambaas van Rinus van Kalmthout, eindigde vijfde. Veekay eindigde uiteindelijk achtste en kwam er in de eindfase door de langzame pitstop vooraan niet meer aan te pas.