Foto: Mercedes AMG F1
De Formule 1-teams hebben ingestemd met een pakket aan maatregelen om de kosten te drukken het F1-veld competitief maken.
Eén van de maatregelen is een verlaging van het budgetplafond naar 145 miljoen dollar. Er was al een plafond van 175 miljoen dollar afgesproken, maar door de coronacrisis is dit bedrag verlaagd naar 145 miljoen. De maatregel gaat volgend jaar in.
Het meest opmerkelijke besluit is de invoering van een handicap. Goed presterende teams worden gestraft en mogen minder tijd besteden aan de aerodynamische ontwikkeling van het onderdeel. Dit geeft andere teams de mogelijkheid om op gelijke hoogte te komen. Door invoering van de handicap moet het F1-veld dichter bij elkaar komen en moet het verschil tussen de top 3 teams en het rest van het veld verkleind worden.
In de uitwerking van deze maatregel zal de kampioen van het voorgaande jaar slechts 90 procent van het toegestane aan aantal uren in de windtunnel aan de aerodynamica van de wagen mogen werken. Aan de hand van de positie in het WK gaat dit percentage met 2,5 procent omhoog. Dat betekent dat het team dat onderaan is geëindigd met 112,5 procent juist meer tijd in de windtunnel mag besteden. Dat meldt de BBC. Ook deze maatregel gaat volgend jaar in. Vanaf 2022 mag de constructeurskampioen nog slechts 70 procent van de tijd aan ontwikkeling van de bolide besteden en gaat het percentage met 5 procent omhoog per WK-positie.
Het is onduidelijk of teams unaniem voor deze veranderingen hebben gestemd. De FIA heeft tegenwoordig alleen een meerderheid van de F1-teams om reglementswijzigingen door te voeren. Dat mag alleen als de FIA vindt dat de verandering in het belang van het voortbestaan van de sport is. Met andere reglementswijzigingen is nog wel unanimiteit nodig.